Urinekatheters, infusen en centrale lijninfusen zijn niet meer weg te denken uit de klinische praktijk, maar kunnen ernstige complicaties veroorzaken. Iedere arts en verpleegkundige weet dat het onnodig langer laten zitten van een katheter niet goed is. Toch blijkt uit onderzoek dat in zeven Nederlandse ziekenhuizen in 2016 maar liefst 20-48% van de urinekatheters niet-gepast is, en van de infusen 18-26%. Het niet inbrengen en tijdig verwijderen van urinekatheters is volgens internationale richtlijnen dan ook de belangrijkste preventiemaatregel voor katheter-geassocieerde urineweginfecties. Dit project beoogt het aantal urine- en intraveneuze katheters met een onterechte indicatie bij volwassen patiënten te reduceren.
In zeven ziekenhuizen zijn met verschillende interventies het aantal urine katheters en intraveneuze infusen met een onterechte indicatie teruggedrongen. De verpleegafdelingen Interne Geneeskunde, Geriatrie, Longziekten, Maag-, Darm- en Leverziekten en Oncologie namen deel aan het project. De indicaties voor correct gebruik van urinekatheters en infusen waren gebaseerd op (inter)nationale richtlijnen. Het gebruik van katheters en infusen werd gemonitord door in elk ziekenhuis een keer per twee weken alle katheters en infusen op de afdeling te beoordelen. Dit werd zeven maanden voor de start van de deïmplementatiestrategie en zeven maanden erna gemeten.
De deïmplementatiestrategie bestond uit een bundel van interventies:
Het project bij de zeven ziekenhuizen zit in de afrondende fase. 5691 patiënten met katheters zijn beoordeeld en een eerste analyse van de ruwe data laat zien dat het percentage onterechte urinekatheters is gedaald van 32% naar 24%, en het percentage onterechte infusen is gedaald van 22% naar 14%. Het totale gebruik van urinekatheters en infusen bleef stabiel. De meeste onterechte katheters zijn te lang blijven zitten. De indicaties voor katheters en infusen die regelmatig achterhaald blijken, zijn ‘Accuraat monitoren van de urineproductie bij een ernstig zieke patiënt’ voor urinekatheters en ‘Toediening van intraveneuze medicatie en/of vocht’ voor infusen.
Coördinerend umc van het afgeronde project: Amsterdam UMC, locatie AMC. Deelnemende centra: Amsterdam UMC (beide locaties), Erasmus MC, Flevoziekenhuis, Dijklander ziekenhuis (locatie Hoorn), Spaarne Gasthuis, BovenIJ ziekenhuis.
Voor het opschalen van deze effectieve strategie zijn we op zoek naar enthousiaste artsen of verpleegkundigen.
De komende jaren zullen we deze deïmplementatiestrategie landelijk opschalen. Als u interesse hebt in dit onderwerp en het mogelijk in uw eigen werkomgeving wil toepassen, kunt u contact opnemen met Doen of laten? Voor bovenstaand project is een Toolkit ontwikkeld met praktische tips voor uw eigen project.
Stuur een mail naar info@doenoflaten.nl