Laboratoriumdiagnostiek

Interne Geneeskunde, Ziekenhuisbreed

Laboratoriumdiagnostiek

Interne Geneeskunde, Ziekenhuisbreed
Overbodige laboratoriumdiagnostiek is een bekend fenomeen in het ziekenhuis. Volgens schattingen is 20% van de testen onnodig.

Een recent onderzoek geeft aan dat ongeveer 20% van de laboratoriumtesten overbodig is. Naast het kostenaspect leidt onnodig prikken tot minder patiëntvriendelijke zorg en zorgt onnodige diagnostiek ook voor een toename in het aantal vals-positieve testresultaten. Dit kan leiden tot meer, potentieel schadelijke diagnostische onderzoeken. Hiernaast kunnen overbodige bloedafnames leiden tot iatrogene anemie.

In 2008 is op de afdeling Interne Geneeskunde van het Amsterdam UMC, locatie VUmc een project gedaan, gericht op het vergroten van het bewustzijn rondom onnodige diagnostiek. In dit project werden de uitgaven aan diagnostiek met 13% gereduceerd vergeleken met het voorgaande jaar.In dit project werd deze aanpak geïmplementeerd op de afdelingen Interne Geneeskunde van 4 grote opleidingsziekenhuizen.

Aanpak:

Een deïmplementatiestrategie werd gestart op de afdelingen Interne Geneeskunde van vier grote opleidingsziekenhuizen in Nederland. De interventie bestond onder andere uit creëren van bewustzijn door middel van onderwijs en feedback, intensivering van supervisie van jonge artsen rondom laboratoriumaanvragen door ervaren specialisten en veranderingen in protocollen en (elektronische) aanvraagsystemen. Het effect van de interventie werd geanalyseerd met correctie voor seizoeneffecten. Hiernaast zijn ook klinische uitkomsten en bevorderende en belemmerende factoren voor deïmplementatie bestudeerd.

Resultaten:

Het project zit in de afrondende fase en wordt de komende jaren landelijk opgeschaald. Het gemiddeld aantal aanvragen per contactmoment in de vier ziekenhuizen daalde met gemiddeld 11%. De 6 maanden van het project t.o.v. dezelfde 6 maanden een jaar eerder was de reductie per ziekenhuis 11.5%, 5.9%, 8.3% en 14.7%. In de controlegroep van 19 ziekenhuizen was er een stijging van 2%.

‘Het betrekken en inwerken van nieuwe AIOS bleek een kritieke factor voor borging van de resultaten.’

De kosten van laboratoriumaanvragen en aantallen en kosten voor aanvragen van andere diagnostiek daalden ook in verschillende klinieken. Er was geen duidelijk negatief effect op klinische uitkomsten zichtbaar. Belangrijke bevorderende factoren waren onderwijs en wetenschappelijke onderbouwing, terugkoppeling van aanvraaggedrag, herhaling, rolmodellen in een enthousiast projectteam en betrokkenheid van arts-assistenten. Belangrijke belemmerende factoren waren tijdgebrek, hoge turnover van arts-assistenten en beschikbaarheid van data.

Deelnemende centra:

Coördinerend umc: Amsterdam UMC, locatie VUmc. Deelnemende centra: Meander Medisch Centrum, Noordwest Ziekenhuisgroep locatie Alkmaar, Zaans Medisch Centrum, en Spaarne Gasthuis locatie Haarlem.

Voortgang:

Dit project met de 4 deelnemende ziekenhuizen wordt afgerond, en de komende jaren landelijk opgeschaald. Als u interesse hebt in dit onderwerp en het mogelijk in uw eigen werkomgeving wilt toepassen, kunt u contact opnemen met Doen of laten? Van bovenstaand project is een Toolkit ontwikkeld met praktische tips voor uw eigen project.

Meer weten:

  • De projectleiders ontwikkelden een Toolkit met tips voor het terugdringen van laboratoriumdiagnostiek.
  • De huisartsen ontwikkelden ook een muismat met een afbeelding over zinnige diagnostiek.
  • De projectleiders publiceerden het studieprotocol van hun project en maakten een overzicht van strategieën om laboratoriumonderzoek terug te dringen.
  • De resultaten van het project zijn gepubliceerd.

Stuur een mail naar info@doenoflaten.nl

Betrokkenen:

Prof. Prabath Nanayakkara

Afdelingshoofd | Amsterdam UMC

Renuka Bindraban

artsonderzoeker | Amsterdam UMC

Marlou van Beneden

Adviseur | Amsterdam UMC